Praktijkverhaal

Patiëntenportaal verbetert uitwisseling informatie patiënt-arts - UMC Utrecht

Bijlsma is in het UMC Utrecht een van de ambassadeurs van het patiëntportaal Mijn UMC Utrecht. Ze licht collega’s voor en moedigt gebruik van Mijn UMC Utrecht aan. Zo dragen Bijlsma en haar collega-ambassadeurs bij aan een van de doelstellingen van Registratie aan de bron: elke patiënt heeft toegang tot zijn zorginformatie en voert regie op zijn of haar gezondheid.

‘Door het gebruik van het patiëntportaal Mijn UMC Utrecht kunnen patiënten en ik echt invulling geven aan ‘samen beslissen’. Dat zegt internist-oncoloog Rhodé Bijlsma van het UMC Utrecht. Ze licht toe: ‘Doordat patiënten toegang hebben tot al hun zorginformatie, kunnen ze zich voorbereiden op een polikliniek bezoek. Zo stellen ze andere, zinvolle vragen en worden zij meer betrokken bij voor hen passende zorg. Dat levert een ander contact op en een andere relatie tussen mijn patiënt en mijzelf als hun behandelaar.’

Rhodé Bijlsma - UMC Utrecht

Patiëntportaal biedt voordeel voor patiënt en zorgverlener 

Iedere patiënt kiest zelf of hij alle mogelijkheden van het patiëntportaal benut, of alleen gebruik maakt van de mogelijkheid tot bijvoorbeeld een e-consult, of het maken van afspraken. De e-consultfunctie maakt dat de drempel voor patiënten om vragen te stellen op een prettige wijze is verlaagd, zo ervaart Bijlsma. Tegelijkertijd kan ze zelf haar werk beter reguleren. “Als een patiënt iets wil weten over medicijnen, of een vraag heeft over een niet-spoedeisende klacht, dan kan die eenvoudig worden gesteld. Ik beantwoord iedere dag op een vast moment de vragen. En als ik een vraag niet met twee of drie zinnen kan beantwoorden, dan bel ik de patiënt even op. Dat werkt voor iedereen heel prettig zo.” 

Bedenkingen real-time inzage verdwenen 

Waar Bijlsma nu uitgesproken enthousiast is over Mijn UMC Utrecht, was ze aanvankelijk huiverig – vooral voor de real-time inzage die in het UMC Utrecht gangbaar is. De patiënten met kanker die zij behandelt krijgen namelijk helaas soms slechte uitslagen. “Ik was bang dat het voor patiënten niet goed was als ze slechte uitslagen thuis al konden zien. In de praktijk blijkt dat heel erg mee te vallen. Ten eerste is het zo dat er standaard pop-ups in beeld komen met een algemene waarschuwing voordat uitslagen worden getoond. Daarnaast bespreek ik altijd met patiënten dat de uitslagen die in Mijn UMC Utrecht staan, nog niet zijn geduid. Soms moet ik die nog bespreken met de radioloog of interpreteren met collega’s tijdens een multidisciplinair overleg. In ieder geval is het zo dat ik pas tijdens mijn spreekuur bespreek wat de uitslag voor hem of haar betekent.” 

Andere kijk op rol zorgverlener 

Door de real time-inzage heeft de Utrechtse oncoloog zelfs een andere kijk gekregen op haar rol. “Aanvankelijk dacht ik dat het voor patiënten het fijnst was om van mij een uitslag te horen met meteen een behandel- of begeleidingsplan. Nu merk ik dat het voor patiënten ook prettig is om thuis de eerste klap al te verwerken. Een arts blijkt vaak helemaal niet de persoon te zijn bij wie patiënten willen uithuilen, ze willen samen met hun familie de informatie verwerken. Ik heb geleerd dat ik minder belangrijk ben in dat proces dan ik dacht, en dat is prettig relativerend.” 

Hergebruik van eenmalig, eenduidig vastgelegde zorginformatie 

Tot de doelstellingen van Registratie aan de bron behoort ook het streven dat 80% van de zorginformatie, die relevant is voor overdracht tussen arts en patiënt, artsen onderling of anderszins gebeurt door hergebruik van in het zorgproces eenmalig, eenduidig vastgelegde zorginformatie. Bijlsma heeft een duidelijke opvatting over de wijze waarop ze zorginformatie noteert, en daarmee dus ook over wat patiënten te zien krijgen. “Het zijn mijn werknotities. Ik werk zo gestructureerd mogelijk. Ik documenteer op de manier die we met collega’s afspreken, maar het is en blijft onze vaktaal. Alleen al vanwege de toch al grote administratielast kan ik niet speciaal voor het patiëntportaal aangepaste notities in lekentaal maken.” 

Snomedcodes koppelen aan patiëntvriendelijke termen  

Als ze hoort over het streven om in de toekomst Snomedcodes te koppelen aan patiëntvriendelijke termen reageert ze positief verrast, maar merkt ze op: “Uiteindelijk gaat het om de context en de duiding van de informatie, ook al is die in voor iedereen begrijpelijke taal weergegeven.” 

Dit wil je misschien ook weten